home

 
Navigatie

 


balhoofdplaatje De Mol, Ossendrecht


Toon van den Bogaerd: wielrenner en zakenman

In het voorjaar van 2005 kocht ik in het fietsverzamelaarscircuit een herensportfiets. Op het eerste gezicht leek het een gewone fiets uit de jaren ’50, en er zat ook een Sturmey-Archer achternaaf uit 1958 in. Maar aan de hand van enkele details was te zien dat de fiets minimaal tien jaar ouder moest zijn, en ook het merk gaf aan dat het geen alledaagse fiets was: De Mol uit Ossendrecht, voor de oorlog een zeer bekende Nederlandse racefietsfabrikant.

Toon van den Bogaerd op De Mol-baanracefiets
Toon van den Bogaerd op een De Mol-baanracefiets (jaren ’20). Hij kreeg de bijnaam "de pekkerd" omdat hij altijd in een zwart wielertenue reed.

Bij de aankoop werd mij nog verteld dat de fiets vroeger eigendom van wielrenner Van den Bogaerd zou zijn geweest, en die naam zei me wel iets. Toon van den Bogaerd uit Helmond was in de eerste decennia van de vorige eeuw een bekende coureur, en later nog lange tijd zakelijk actief in de rijwielbranche. Het bleek een kleine moeite om de kleinzoon van Toon van den Bogaerd, Christian van den Bogaerd, te achterhalen. Hij had de fiets na het overlijden van zijn grootvader en zijn vader 30 jaar lang bewaard en kon de afkomst ervan bevestigen. Bovendien heeft hij nog foto’s en krantenartikelen over zijn grootvader. Al met al genoeg materiaal om het verhaal van wielrenner en zakenman Toon van den Bogaerd op een rij te zetten.

Wielrenner van 1906 tot 1933

Toon van den Bogaerd (geboren in 1891) begon zijn wielerloopbaan als 15-jarige schoenmakersloopjongen op de "spekkistenbaan" van Helmond met een fiets die zijn moeder, een weduwe die een café exploiteerde, voor hem had gekocht. Vijf jaar later werd hij winnaar van de Ronde van Roermond - zijn eerste succes in een deelnemersveld met nationale wielergrootheden. In zijn diensttijd in Den Haag trainde hij op de wielerbaan in Scheveningen met bekende renners als Piet Moeskops en Jonkheer Bosch van Drakestein. In de categorie onafhankelijken sleepte Van den Bogaerd tussen 1913 en 1916 tal van prijzen in de wacht, zowel op de weg als op de baan. Toen hij zich in 1916 aansloot bij de professionals drong hij nog in hetzelfde jaar door tot de finale van het sprintkampioenschap van Nederland. In 1922 eindigde hij op de tweede plaats in het Nederlandse sprintkampioenschap. Later heeft Van den Bogaerd nog diverse malen de kwartfinale van dit kampioenschap bereikt, maar hij kon vaak net niet op tegen de grote Nederlandse wielrenners van zijn tijd. Ook in Duitsland was hij op de wielerbanen in talrijke steden bekend en populair. Zijn duizendste wedstrijd reed Van den Bogaerd bij de opening van de wielerbaan in Leeuwarden op 1e paasdag 1933. Hij was toen Nederlands oudste prof-wielrenner. Niet veel later beëindigde hij zijn lange rennersloopbaan.

Succesvolle zakenman

Al in 1916 werd Van den Bogaerd vertegenwoordiger voor de rijwielfabriek De Mol van P.J. Suijkerbuijk. Ongetwijfeld reed hij toen al op een De Mol, en op foto’s uit latere jaren wordt de nauwe band tussen Van den Bogaerd en De Mol steeds bevestigd. Zo bijvoorbeeld door twee foto’s uit 1922 waarop Van den Bogaerd’s zoon Frans op een De Mol kinderracefiets zit, die vermoedelijk speciaal voor hem werd gemaakt.

 

Frans van den Bogaerd, 1922

Frans van den Bogaerd (1922) op een De Mol die voor hem eigenlijk nog
iets te groot is. De fiets wordt door een touwtje op de staande achtervork
in balans gehouden. (Foto: verzameling Chr. v.d. Bogaerd)

 

Als vertegenwoordiger van De Mol bezocht Toon van den Bogaerd per fiets zijn klanten in het hele land, en in het weekend was hij op de wielerbaan te vinden. In 1933, toen de Magneet-sportfietsen in opkomst waren, kreeg hij een aanbod om voor de afdeling "sport" van dit merk te gaan reizen. Twee jaar later keerde hij echter terug naar de Ossendrechtse concurrent, en dit feit was De Mol-directeur Suijkerbuijk een hele pagina in zijn eerstvolgende folder waard. Naast een foto van Van de Bogaerd staat de tekst: "Waarom is Toon v.d. Bogaerd weer bij DE MOL? – Omdat in zijn jarenlange ervaring gebleken is, dat dit de beste en betrouwbaarste race- en toerrijwielen zijn."

Toboga-emaillebordVan den Bogaerd was een bekend figuur in de rijwielbranche, niet alleen vanwege zijn sportieve successen maar ook vanwege zijn persoonlijkheid. Dat maakte zijn werk als vertegenwoordiger makkelijker. In een artikel in "fietsenwereld" van 1961 herinnert hij zich: "Het ging allemaal zo vlot in die tijd, omdat ik overal goede bekenden en vrienden had. Op een gegeven ogenblik kreeg ik een snugger idee. Ik zei tegen mezelf: ‘Jongen, dat jij zo goed verkoopt, dat komt in hoofdzaak doordat de mensen jou allemaal kennen.’ Toen stond mijn besluit vast: ik wilde voor mezelf beginnen."

Toboga

Hij begon in of rond 1936 in Helmond met een agentuur in Alex-wielersportkleding en in fietsonderdelen. Kort daarna begon hij ook met de verkoop van banden, aanvankelijk van Michelin en later van Radium (Maastricht). Tenslotte liet hij zijn eigen band maken bij Radium, de "Stop-Holland"-band die na de oorlog de "Toboga"-band heette. Het wielrennerschap had hij inmiddels verwisseld voor de functie van manager van wielrenners uit Nederland, België en Duitsland.

Toon van den Bogaerd op De Mol-sportfiets
Toon van den Bogaerd op zijn bewaard gebleven sportfiets. Foto uit "fietsenwereld" (1961) met het bijschrift: "Natuurlijk kunnen de Helmondenaren ‘hun’ wielrenner Toon van den Bogaerd dagelijks op zijn sportfiets door de stad zien rijden."

In de tijd kort na de oorlog reed Van den Bogaerd weleens op de in het begin genoemde De Mol-sportfiets in één dag naar Maastricht op en neer, om zaken bij Radium te regelen. In de jaren vijftig groeide zijn Toboga-bandengrossierderij en had Van den Bogaerd meerdere vertegenwoordigers in dienst. Daarnaast werkte ook zoon Frans al sinds 1937 in de zaak mee. Het afzetgebied van het bedrijf omvatte geheel Brabant en Limburg en delen van Zeeland en Holland.

     Naast zijn dagelijkse werk bleef de wielrennerij Toon van den Bogaerd bezig houden. Hij was sponsor van de Toboga-beker, een wielerevenement voor jonge, talentvolle renners, ooit ook door Joop Zoetemelk gewonnen en in 2004 omgedoopt tot de Gerrie Knetemann Bokaal. Hij wilde de jeugd helpen, net zoals hijzelf bij het begin van zijn wielercarriere door anderen was gesteund. Van de zeker 134 medailles en lauwertakken die hij tijdens zijn eigen carriere had verdiend stelde hij de meeste beschikbaar als prijzen voor wedstrijden van de Helmondse jeugd. Wat hij wel bewaarde was een heel archief van krantenknipsels van vele tientallen jaren wielrensport in Nederland. Helaas is niet bekend wat later met dit archief gebeurde.

     "Al wat ik bezit is tot stand gekomen door de sport," zei Toon van den Bogaerd in 1961, toen hij het 25-jarig jubileum van zijn firma Th. H. van den Bogaerd en Zoon vierde en tegelijkertijd sinds 50 jaar lid was van de Koninklijk Nederlandse Wielren Unie (KNWU). Vijf jaar later overleed hij.

     Zoon Frans zette het bedrijf van zijn vader voort. Maar al in 1973 kwam ook hij te overlijden en kwam de grossierderij in handen van zijn vrouw en zijn zoon Tom. De economische tijden zaten toen niet mee, en zo werd Toboga vier jaar later, in 1977 geliquideerd. Vredestein nam de merknaam en de activiteiten van Toboga over en zette deze nog enkele jaren voort als "Toboga Sport BV" in Doetinchem.

 

De Mol-sportfietsDe "De Mol" sportfiets

Christian van den Bogaerd heeft de dagelijkse sportfiets van grootvader Toon zo’n 30 jaar lang bewaard zonder hem veel te gebruiken. De fiets dateert van tijdens of rond de oorlog en is nog vrijwel in dezelfde staat als bij het overlijden van Toon. Oorspronkelijk zat er een gewone terugtrapremnaaf in, maar eind jaren vijftig koos de eigenaar voor het gemak van een Sturmey-Archer 3-versnellingsnaaf met terugtraprem. Ook enkele andere onderdelen zijn in de loop van de tijd vervangen, maar in grote lijnen heeft de fiets nog zijn originele uitstraling: zwarte lak, zilveren biezen,fraai met zilververf afgezette lugs, aluminium velgen en een gedeeltelijk met celluloïd overtrokken toerfietsstuur. De balhoofdhoek is met 70 graden sportief te noemen, maar de relatief lange bouw (wielbasis 114 cm) zorgt voor een ontspannen toerkarakter. En vooral: de "De Mol" is technisch nog in een uitstekende conditie. Een bewijs voor de zorg en liefde van Toon van den Bogaerd voor het vervoermiddel waar in zijn leven alles om draaide: de fiets.

 

 

Met dank aan Christian van den Bogaerd

 

Copyright by Herbert Kuner, © 2005 ...
All rights reserved.

terug

Last update: 24-10-2009